Klassiek schaken is een bordspel voor twee spelers dat wordt gespeeld op een schaakbord met 64 vierkanten, gerangschikt in rijen op een raster van 8x8. Elke speler begint met 16 stukken: waaronder een koning, een koningin, twee ridders, twee torens, twee lopers en acht pionnen. Het doel van dit schaakspel is om de koning van de tegenstander schaakmat te zetten, waardoor hij onder de onmiddellijke dreiging van gevangenneming komt te staan.
Het spel kan worden gespeeld met kunstmatige intelligentie, samen met een andere persoon op hetzelfde apparaat, evenals met een rivaal op het netwerk in de multiplayer-modus. Ook in het spel is er de mogelijkheid om schaakproblemen op te lossen.
Klassiek schaken heeft zestien stukken (zes verschillende typen).
1. Koning - beweegt van zijn veld naar een van de vrije aangrenzende velden, die niet wordt aangevallen door de stukken van de tegenstander.
2. Vrouw (dame) - kan in een rechte lijn naar een willekeurig aantal vrije velden in elke richting bewegen, waarbij de mogelijkheden van een toren en een loper worden gecombineerd.
3. Toren - kan een onbeperkt aantal vierkanten horizontaal of verticaal verplaatsen, op voorwaarde dat er geen stukken op zijn pad staan.
4. Bisschop - kan diagonaal naar een willekeurig aantal velden bewegen, op voorwaarde dat er geen stukken onderweg zijn.
5. Ridder - beweegt twee vierkanten verticaal en vervolgens één vierkant horizontaal, of omgekeerd, twee vierkanten horizontaal en één vierkant verticaal.
6. Pion - gaat slechts één vakje vooruit, behalve bij verovering.